dinsdag 16 oktober 2012

Mens en samenleving: in plaats van consument moeten we terug burger worden

In plaats van consument moeten we opnieuw meer burger worden, een burger die medeverantwoordelijk is voor de anderen en voor het geheel. De professor pleit dus voor het herstel van de solidariteit. We moeten minder economisch en meer sociaal denken en leven.

Het komt erop neer dat we eigenlijk minder belang moeten hechten aan materiële zaken en meer belang aan de mensen rondom ons. Zo zien en beleven we echt wat gebeurt in onze omgeving en laten we niets aan onze neus voorbij gaan.

De dag van vandaag wil iedereen de nieuwste technologische snufjes. We willen mee zijn met onze tijd en de nieuwste ‘rages’ volgen, maar zo willen we ook anderen jaloers maken (soms misschien onbewust). We willen altijd maar meer dingen bezitten. Paul Verhaeghe maakt ons duidelijk dat we minder belang moeten hechten aan het materiële. We moeten opnieuw meer burger worden en sociale contacten hebben met onze medemens. Want we leven in een digitaal tijdperk en er is veel minder sociaal contact dan vroeger. Alle communicatie gebeurt nu via het internet, denk maar aan facebook en twitter. Er komen steeds meer toepassingen van digitale informatiesystemen en met één apparaat kan je enorm veel verschillende functies uitvoeren. Zo kan je met een eenvoudige gsm telefoneren en sms’en maar ook foto’s nemen en spelletjes spelen. Wat kan je dan allemaal niet doen met een smartphone of een iphone?

Ikzelf kan bijvoorbeeld geen dag zonder mijn laptop, maar als ik een ganse week op reis ben met mijn familie doorkom ik die week toch zonder. Dan heb ik daar eigenlijk ook geen behoefte aan, want als ik op reis ben heb ik veel dingen te doen. Het internet heeft enorm veel functies maar eigenlijk is het gewoon een middel tegen verveling, net zoals de tv. En als ik op reis ben verveel ik mij niet dus dan mis ik mijn laptop ook niet. Dan is het sociaal contact ook wel beter, ik praat meer met mijn familie.

Vorig jaar had ik de laatste maanden geen internetverbinding meer op het appartement in Turkije, ik kon alleen op internet tijdens mijn bezoektijd in mijn hotels. Maar veel tijd had ik dus niet. Ik vond dit enorm vervelend want zo viel mijn ontspanning weg toen ik thuiskwam ’s avonds. Gelukkig kreeg ik soms tijdschriften van mijn gasten, zodat ik toch nog kon lezen. Dit hielp uiteraard ook tegen de verveling. Maar het is toch helemaal anders dan internet of een tv… Het sociale werd dan wel terug aangesproken want op mijn vrije dag ging ik naar een internetcafé in het dorpje. Ok daar zat ik ook gewoon voor mijn computerscherm, maar toch heb ik daar mensen ontmoet. Het is toch iets socialer dan dat ik thuis alleen op mijn laptop zat.

Ik heb dus wel bewezen dat ik een half jaar zonder tv kan en niet constant op internet te kunnen, maar gelukkig was het maar een half jaar. Ik zou niet constant zo kunnen leven denk ik. Dit komt omdat mijn generatie zo werd opgevoed. Voor ons is een leven zonder materiële zaken (waaronder veel luxe) ondenkbaar.

maandag 15 oktober 2012

Mens en samenleving: afstand nemen van het huidige cynisme

Aangezien we allemaal neoliberaal werden opgevoed, denken wij ook zo. Het neoliberalisme zit in ons denken en in ons gedrag, er moet daar dus een grote verandering gebeuren. Afstand nemen van het huidig cynisme is daarbij een eerste belangrijke stap. Cynisme is eigenlijk onze houding: mensen die we niet vertrouwen, het nut niet begrijpen van bepaalde regels, niet geïnteresseerd zijn in de gevolgen van je daden. Cynisme is ook een vorm van zelfverdediging.

Mensen zijn nu eenmaal egoïstisch en competitief. Maar ook de solidariteit en het willen samenwerken zit in elk van ons. “Het hangt ervan af in welke omgeving je bent opgegroeid, want het is de omgeving die beslist welke kenmerken naar buiten komen.”, aldus Paul Verhaeghe. Dit vind ik deels juist. Iedereen heeft andere eigenschappen en een ander karakter afhankelijk van waar en hoe je bent opgegroeid. Maar ik denk niet dat je omgeving echt beslist welke kenmerken er dan naar buiten komen. Iedereen heeft zijn eigen kenmerken en die komen toch sowieso naar buiten of je dat nu wilt of niet? Daar heeft de omgeving volgens mij niets mee te maken.

Van zodra mensen hun fouten gaan inzien en die fouten proberen te vermijden, is dit een goed begin om afstand te nemen van het cynisme. Zo gaat cynisme plaats maken voor vertrouwen in het leven.

Er moeten volgens mij heel wat dingen veranderen in onze samenleving zodat het een betere wereld wordt voor iedereen. Men moet meer verdraagzaam zijn, niet onmiddellijk boos worden om de kleinste dingen, niet egoïstisch zijn, anderen helpen, respect hebben,… Dus afstand nemen van het cynisme is zeker een goed begin. Voor mij persoonlijk zal dit wat moeilijk zijn, maar ik kan alvast proberen. Moeilijk in de zin van vertrouwen dan. Ik ben een heel wantrouwig persoon, al altijd geweest. Ik weet niet hoe het komt maar ik vertrouw niets of niemand. Behalve dan de mensen in mijn leven die ik minstens vijf jaar ken en echt enorm goed ken, kan ik vertrouwen. Hiermee bedoel ik mijn familie en mijn vriendinnen.

Mens en samenleving: infantilisering van de werknemers

Volwassenen geven zich over aan kinderachtig gedoe. Ze vertonen kinderlijke woedeaanvallen, zijn jaloers, vertellen leugentjes om bestwil, bedriegen elkander,… En zo wordt solidariteit eigenlijk een kostbare luxe.

Het hangt af van de mate waarin je respect hebt voor jezelf en hoe ver je wilt gaan om je belachelijk te maken. Als je je als volwassen persoon gaat gedragen als een klein kind dan heb je een groot verlies aan zelfrespect. De laatste tijd horen we meer en meer verhalen over pestgedrag op de werkvloer. Waar zijn we in godsnaam met bezig? We moeten de kinderen leren om zich goed te gedragen en lief te zijn voor elkaar, maar dan gaan de ‘grote’ mensen hen slecht gaan gedragen en elkaar pesten op het werk. Ik vind het maar raar. Er zijn kinderen en jongeren die meer verstand hebben dan die volwassenen die elkaar pesten op het werk.

Voor de tijd dat we maar te leven hebben moet je met plezier naar je werk kunnen gaan, en overeen komen met je collega’s. Dan is het werk nog zo plezant. Langdurig pestgedrag kan ook psychische klachten veroorzaken: minderwaardigheidscomplex, faalangst, onzekerheid, vereenzaming,… Je moet je eens in de positie plaatsen van de gepeste, niemand zou dit graag willen. En waarom zou je iemand pesten als je dit zelf niet graag zou meemaken?

Dit bewijst dat neoliberalisme enorm gevaarlijk is op psychologisch vlak. Ik ben het er volledig mee eens dat hier een einde aan moet komen. Waar gaan we in godsnaam naartoe? Dit kan zo niet verder, er moet dringend verandering komen vind ik. Ik heb eigenlijk geluk gehad op mijn vorige werkplaatsen dat ik telkens in een hechte groep ben terechtgekomen. Maar ik kan mij voorstellen dat er ook veel andere bedrijven zijn… Vooral mannen kunnen hard zijn voor elkaar denk ik.

Vorig jaar in Turkije moest ik op een avond samen met mijn collega gasten gaan ophalen van de luchthaven om hen naar hun hotel te brengen. Er kwam plots een oudere man naar ons toe die echt enorm boos was. Hij kreeg echt een kinderlijke woedeaanval buiten voor de luchthaven, met enorm veel andere mensen rondom ons. Hij was boos omdat hij een visum moest aankopen van 15 euro om het land binnen te mogen, dit had hij nog nooit meegemaakt. Die man begon ons uit te schelden en was constant aan het roepen. Iedereen kan dus wel eens last hebben van infantilisering. Dit gebeurt niet enkel op de werkvloer.

Vroeger had ik ook wel eens last van infantilisering, waarschijnlijk omdat ik dan ook nog een kind was… Van zodra iets niet verliep op mijn manier begon ik met de deuren te slaan en te roepen. Ik weet nu achteraf dat dit enorm kinderachtig was van mij en niets oplost. En nu ben ik dan ook helemaal veranderd, ik leg mij neer bij de dingen die gebeuren. Je bereikt er toch niets mee om te roepen, iemand te pesten of uit te schelden.

Mens en samenleving: het neoliberalisme heeft onze identiteit gekleurd

“Neoliberalisme is een weergave van de mens ‘zoals hij is’. De mens is nu eenmaal egoïstisch en corrupt, enkel uit op eigen voordeel en genot en altijd in concurrentie met de ander.”, aldus Paul Verhaeghe. We denken allemaal (onbewust) neoliberaal omdat we zo zijn opgevoed. Jongeren worden meer individualistisch en alles draait om hun kans op succes en rijkdom. Wie we zijn wordt altijd bepaald door de omgeving waarin we verblijven. In onze maatschappij van vandaag is er een bepaalde dwang om succesvol en gelukkig te zijn. Maar dit heeft ook een keerzijde want de mens is eenzamer dan ooit, de liefde is moeilijk te vinden en betekenisvol leven is een probleem geworden.

Ik ga volledig akkoord met dit idee van Paul Verhaeghe. Het is inderdaad zo dat iedereen aan zichzelf denkt. We zijn misschien wel zo opgevoed maar dat betekent niet dat we niet kunnen veranderen, of toch tenminste proberen.

Zo vind ik persoonlijk zelfmoord enorm egoïstisch. Die persoon denkt dan enkel aan zichzelf, en hij is verlost van zijn problemen maar dan beginnen de problemen pas voor de familie. Ik begrijp niet hoe iemand dit zijn familie kan aandoen. Die familie zal ook altijd met schuldgevoelens zitten: “Waarom hebben we dit niet zien aankomen?”

Ook kleine dingen kan je beschouwen als een daad van egoïsme. Als ik bijvoorbeeld cupcakes heb gebakken of chocolademousse heb gemaakt, dan zal ik altijd het grootste cakeje nemen of het schaaltje met de meeste chocolademousse. Dit is natuurlijk heel onschuldig maar toch is het een beetje egoïstisch want ik wil eigenlijk het meest.

Als mijn broer koeken aan het eten is, en ik vraag één koekje, dan zegt hij altijd van nee. Dan moet ik gewoon iets anders nemen om te eten, zodat er geen ruzie van komt.

Ik zat gisteren op de tram in Antwerpen en de tram zat redelijk vol. Er waren oudere mensen die rechtstonden en hun evenwicht probeerden te bewaren, terwijl er dan andere jonge mensen een zitplaats hadden. Als je iemand ziet sukkelen op de bus of tram, dan ga je toch gaan rechtstaan voor die persoon zodat hij of zij op je plaats kan gaan zitten? Veel mensen denken daar blijkbaar anders over. Dit vind ik enorm egoïstisch.

Mens en samenleving: mening over de uiteenzetting van Paul Verhaeghe

Ik vind de tekst ‘Inleveren voor of tegen het neoliberalisme’ van Paul Verhaeghe wel leuk om te lezen. Ik denk daar eigenlijk niet over na, maar voor mij klopt het allemaal wat hij zegt. En hoewel de argumenten in deze uiteenzetting zeer overtuigend zijn, is er geen vaststelling dat neoliberalisme simpelweg niet werkt.

Link naar de tekst: 'Inleveren voor of tegen het neoliberalisme'

Je kan zijn uiteenzetting ook bekijken via volgende link:
Filmpje uiteenzetting Paul Verhaeghe


Onze maatschappij werd inderdaad bepaald door het politieke, het religieuze, het culturele en het economische. Vandaag zijn al die aspecten verdwenen, behalve het economische. Met de politici wordt alleen maar gelachen, de religie met al zijn misbruikschandalen door katholieke priesters, en de dag van vandaag heeft iedereen wel een talent (schilderen, zingen, dansen,…). Het enige wat dus nog overblijft is de economische zijde. En het neoliberalisme gaat vooral over het overheidsingrijpen in het economisch leven.

Maar het neoliberalisme (de enige dimensie overgebleven in onze maatschappij) is een mislukking op alle vlakken: 
-    Op economisch vlak zou het juist wel moeten werken, maar dit is een totale mislukking. Het bracht ons geen betere producten maar wel het streven naar winst op korte termijn en een spectaculaire stijging van de ongelijkheid.

-    Op maatschappelijk vlak is het een ramp. De middenklasse verdwijnt en er bestaan dus maar twee groepen meer in plaats van drie: de rijken en de armen. Hoe groter de inkomensverschillen, hoe meer ongewenste neveneffecten er ontstaan. Denk maar aan: mentale stoornissen, agressie, criminaliteit, individualisering,…

-    Op psychologisch vlak haalt dit het slechtste in de mens naar boven. Pestgedrag, volwassen mensen zijn jaloers op elkaar, sociale banden verdwijnen, geen solidariteit,…

-     Het hoger onderwijs heeft nu als doel mensen klaar te stomen voor de arbeidsmarkt in plaats van ze op te leiden tot kritische burgers die kunnen bijdragen tot een betere samenleving.

Voor werk en hulp waren mensen vroeger afhankelijk van elkaar en van hun omgeving. Maar dit zijn taken die de overheid nu regelt. Er waren vroeger dus wel sterkere sociale banden dan heden en daarom was er ook meer loyaliteit. Velen missen dit de dag van vandaag, en nu moet de overheid dat gaan oplossen? Tegen wie of wat we moeten reageren is niet duidelijk, iedereen klaagt inderdaad over 'het systeem' maar wat is dit dan juist? Niemand krijgt het systeem te pakken, en daardoor voelen we ons onmachtig.

Iedereen wil een goed leven met constant succes. We wensen elkaar voortdurend succes toe: succes bij de examens, succes op vakantie, succes in je relatie,... Men staat enorm onder druk om goed te presteren en men is altijd in concurrentie met iemand anders. Bewust of onbewust denken we allemaal aan onszelf en willen we dat anderen jaloers zijn op ons. Iedereen moet zorgen voor zijn eigen succes. En velen hebben daardoor faalangst, ze zijn bang dat het hen niet zal lukken en dat anderen meer succes zullen hebben. Veel mensen voelen zich een mislukkeling en dit kan leiden tot een depressie.

Deze tekst maakt ons duidelijk dat er bepaalde veranderingen moeten komen in onze maatschappij. Maar zolang deze gedachten heersen zal er nooit werkelijk verandering komen.

Veel mensen, waaronder mezelf, hebben het al eens meegemaakt in hun leven dat ze faalangst hebben en/of  denken dat ze gefaald hebben. Ik ben twee jaar geleden gestart met de studie dierenzorg, maar na vier maanden ben ik daar al mee gestopt. Het was gewoon te moeilijk voor mij en de pakken waren te groot. Toen ik gestopt was voelde ik mij aan de ene kant opgelucht, er viel een grote last van mijn schouders. Maar aan de andere kant was ik bang dat ik had gefaald, dat ik mijn familie had teleurgesteld. En wat zouden de mensen nu van mij gaan denken? Ik was ook jaloers op mijn medestudenten en op mijn vriendinnen, want zij konden het wel allemaal aan. Omdat ik die studie toen niet aankon, heb ik nu enorm veel faalangst voor mijn huidige opleiding. Wat als het me weer niet lukt? Wat moet ik dan doen? Maar deze keer zou ik heel graag mijn diploma halen en ik heb op voorhand gezegd dat ik deze keer niet opgeef. Ik weet dat ik het nog enorm moeilijk zal krijgen gedurende die drie jaar, maar toch ga ik ervoor. Ik wil bewijzen dat ik het wel kan, en dat mijn omgeving toch trots kan zijn op mij.

Mens en samenleving: lied 'Opzij'

Dit lied past perfect bij de samenleving waarin wij leven. We leven inderdaad allemaal veel te gehaast en hebben voor niets tijd. Als iedereen wat meer tijd zou nemen voor elkaar zou er meer gepraat worden over problemen en zou iedereen gelukkiger zijn.
 
Op mijn vorig bericht (Mens en samenleving: belangrijkste kenmerk van onze samenleving) geef ik wat meer uitleg over dit onderwerp.
 
 
Hier is ook de link naar youtube om het lied te beluisteren:
Herman Van Veen - Opzij

De liedjestekst vind je hieronder (bron: www.songteksten.net):

opzij opzij opzij
maak plaats maak plaats maak plaats
we hebben ongelofelijke haast
opzij opzij opzij
want wij zijn haast te laat
we hebben maar een paar minuten tijd

we moeten rennen springen vliegen duiken vallen opstaan en weer doorgaan
we kunnen nu niet blijven we kunnen nu niet langer blijven staan

een andere keer mischien
dan blijven we wel slapen
en kunnen dan mischien als het echt moet
over koetjes, voetbal en de lotto praten
nou dag tot ziens adieu het ga je goed

we moeten rennen springen vliegen duiken vallen opstaan en weer doorgaan
we kunnen nu niet blijven we kunnen nu niet langer blijven staan

Mens en samenleving: belangrijkste kenmerk van onze samenleving

Ik vind dat er veel onvriendelijkheid, maar vooral gehaastheid is in de samenleving waarin wij leven.

We zijn enkel vriendelijk tegen mensen die we kennen. Als we iemand tegenkomen in de supermarkt die we kennen, zullen we vriendelijk zijn en even een babbeltje slaan. Maar vriendelijk zijn tegen vreemden? Waarom zouden we? Als ik naar de winkel ga zie ik veel mensen rondlopen met een gezicht tot op de grond. Misschien is dit hun bedoeling niet en kijken ze gewoon zo, maar veel mensen kunnen gewoon niet lachen. De woorden ‘alsjeblieft’ en ‘dankjewel’ staan ook niet in het woordenboek van sommigen.

Van zodra ik kijk naar iemand, ook mensen die ik niet ken, ben ik vriendelijk en lach of knik ik eens. Zowel in de winkel, bioscoop, als ik naar een concert ga, de bus neem of gewoon op straat. Het kost niet veel moeite en die persoon vindt dat waarschijnlijk wel leuk dat je vriendelijk bent.

Maar vooral de gehaastheid vind ik een belangrijk kenmerk van onze samenleving. De dingen die iemand doet moeten voortdurend snel gaan want dit staat gelijk aan vooruitgang. Velen hebben minder en minder tijd. Zowel voor hun gezin als voor zichzelf.
Ikzelf ben ook altijd gehaast, alles wat ik doe moet snel gaan. En ik haat het dan ook als ik even moet wachten. Als ik bijvoorbeeld ergens naartoe ga met de auto moet dit altijd snel gaan, ook al ben ik goed op tijd. Als je ergens 70 km/uur mag rijden en de auto voor mij rijdt maar 50 km/uur begin ik mij al op te jagen. Ook als ik veel schoolwerk heb neem ik eigenlijk geen pauze, behalve om te eten. Maar eten doe ik dan heel vlug en haastig omdat ik nog veel werk heb en niet veel tijd wil verliezen. Zelfs als ik een dagje ga shoppen in Brussel ben ik soms gehaast terwijl ik dan eigenlijk de ganse dag tijd heb. Zo heb ik een hekel aan mensen die slenteren door de winkelstraat. Bij mij moet alles vlug gaan. Als ik op restaurant ga, moet ik snel mijn eten krijgen. Ik ben gewoon zo geboren denk ik, ofwel heb ik dit overgenomen van mijn moeder want zij is ook altijd gehaast.

Ik begrijp niet dat sommige mensen eigenlijk zo kalm en traag kunnen zijn als ze iets doen. Toen ik kassierster was in een kledingwinkel, probeerde ik mijn werk altijd zo vlug mogelijk te doen. Ik vind het niet leuk dat ik lang moet staan wachten, dus dan wil ik niet dat andere mensen lang moeten wachten. Vanaf als er een stuk of vijf mensen voor mijn kassa stonden, begon ik mij al op te jagen. En dan begon ik nog een beetje sneller te werken en/of riep ik iemand voor de tweede kassa.

Maar toch ben ik ook een beetje jaloers op mensen die zo kalm kunnen zijn. Ik wilde dat ik ook zo was. Soms probeer ik daar toch wel op te letten en probeer ik mij rustig te houden, maar voor ik het weet ben ik mij al aan het opjagen in mijn binnenste. Ik doe dit eigenlijk deels onbewust. Ik ben gewoon zo.

Bij veel mensen glipt zo het leven eigenlijk aan hen voorbij. We moeten genieten van onze tijd en meer stilstaan bij de dingen die we doen en ervan genieten. Soms moet er eerst iets gebeuren in die persoon zijn leven vooraleer hij of zij gaat inzien dat het ook anders kan. Bijvoorbeeld een overlijden van een familielid. Zo gaat de omgeving gaan nadenken over zijn of haar eigen leven.

Sommigen moeten meer tijd nemen voor hun kinderen, hun gezin. Als ze thuiskomen van het werk, moeten ze dit werk achter hen laten. Maar voor velen is dit niet mogelijk. En dit beseffen ze pas als het te laat is…